In meer dan 100 hoofdstukken interviewt Erik Voermans de belangrijkste hedendaagse componisten of bespreekt hij hun muziek. Van Andriessen tot Zappa, van Boulez tot Xenakis en van Einaudi tot JacobTV. Ter sprake komen de dilemma's, raadsels en... Lees verder >>
In meer dan 100 hoofdstukken interviewt Erik Voermans de belangrijkste hedendaagse componisten of bespreekt hij hun muziek. Van Andriessen tot Zappa, van Boulez tot Xenakis en van Einaudi tot JacobTV. Ter sprake komen de dilemma's, raadsels en problemen waarvoor de componisten worden gesteld en hoe ze ieder tot een eigen oplossing komen. Het boek laat ook een veranderend tijdsbeeld zien: hoe de rol van het publiek belangrijker werd en de esthetiek zich ontwikkelde van diepgravend intellectualisme tot directe belevings-ervaring. Een weerslag van 25 jaar muziekjournalistiek, met toegankelijke, spitse formuleringen en frappante observaties. Een geschiedenis van een generatie lang luisteren. Dit boek breekt een lans voor een kwetsbaar genre: dat van de hedendaagse gecomponeerde muziek. Over de auteur Eik Voermans (1958) is musicoloog en muzikant. Hij is sinds 1989 werkzaam als muziekjournalist bij Het Parool (vanaf 1995 als muziekredacteur). Hij doceerde Muziek van de Twintigste Eeuw aan de Rijksuniversiteit Utrecht. Sinds juni 2011 schrijft hij elke zaterdag in Het Parool de column Eerste hulp bij klassieke muziek. Over deze column zegt hij: "Mijn leven veranderde voorgoed toen ik Stravinsky's Le sacre du prin-temps voor de eerste keer hoorde. Nu u nog. Ik gun het u zo." Illustraties Paul van der Steen (1954) maakt prenten voor Het Parool, literaire portretten voor NRC-Boeken en politiek getinte cartoons voor Wordt Vervolgd (Amnesty International). Hij begon zijn carrière in 1980 als tekenaar voor Okki en Taptoe en jeugdbladen voor literatuur Tikker, Klapper en Bumper. In maart 2015 verscheen zijn boek Negenenhalf leven, met kattenportretten als hoofdpersonen van grote romans uit de wereldliteratuur.
'Hoe muziek werkt' is David Byrnes ode aan de kunstvorm waar hij al tientallen jaren over nadenkt. Het is een allesomvattend werk over muziek en alle elementen die daarop van invloed zijn, het is autobiografisch, maar biedt ook een schat aan feiten... Lees verder >>
'Hoe muziek werkt' is David Byrnes ode aan de kunstvorm waar hij al tientallen jaren over nadenkt. Het is een allesomvattend werk over muziek en alle elementen die daarop van invloed zijn, het is autobiografisch, maar biedt ook een schat aan feiten over muziek, muziekvormen en -beleving. Byrne is muzikant, maar ontpopt zich in dit standaardwerk tot historicus, antropoloog en sociaal wetenschapper. Hij gebruikt zijn eigen ervaringen en spreekt met vele kenners en deskundigen, hij reist naar de Opera van Wenen en naar Afrikaanse dorpen - als er maar muziek is - om te laten zien dat muziek niet iets is dat in een studio in elkaar wordt gezet, maar een logisch en prachtig gevolg van ons bestaan en van culturele omstandigheden. Elk hoofdstuk staat op zichzelf, maar als geheel is 'Hoe muziek werkt' een gepassioneerd portret van de bevrijdende en stimulerende kracht van muziek. Een must-have voor iedere muziekliefhebber.
Tot voor kort was het not done om als artiest of uitvoerend kunstenaar bezig te zijn met de stoffelijke kanten van het bestaan. Maar de tijden zijn veranderd. Inmiddels is enig bedrijfseconomisch inzicht ook voor kunstenaars een vereiste voor het... Lees verder >>
Tot voor kort was het not done om als artiest of uitvoerend kunstenaar bezig te zijn met de stoffelijke kanten van het bestaan. Maar de tijden zijn veranderd. Inmiddels is enig bedrijfseconomisch inzicht ook voor kunstenaars een vereiste voor het succesvol opzetten en runnen van een beroepspraktijk, zeker nu de overheid zo bezuinigt op instellingen als muziekscholen en centra voor kunstzinnige vorming, en op talloze subsidieregelingen.
Dit boek bespreekt de economische, financiële en juridische aspecten van de beroepspraktijk van de artiest, de musicus en de docent. Aan bod komen onder andere belastingzaken, het UWV, verzelfstandiging, overeenkomsten, rechtsvormen en auteursrecht. Kortom, alles wat kunstenaars moeten weten om zelfstandig hun beroep te kunnen uitoefenen en in financiële onderhandelingen goed beslagen ten ijs te komen. Bij het boek hoort een website met opdrachten en actuele informatie.
“School en Kunst†is een compleet boek dat theoretisch gefundeerd een samenhangend overzicht geeft van alle vormen van kunsteducatie in het Basisonderwijs ("kunstzinnige oriëntatie"), gefundeerd op basale inzichten van leer- en... Lees verder >>
“School en Kunst†is een compleet boek dat theoretisch gefundeerd een samenhangend overzicht geeft van alle vormen van kunsteducatie in het Basisonderwijs ("kunstzinnige oriëntatie"), gefundeerd op basale inzichten van leer- en ontwikkelingspsychologie
“School en Kunst†is een compleet boek dat op theoretisch niveau een samenhangend overzicht geeft van alle vormen van kunsteducatie in het Basisonderwijs ("kunstzinnige oriëntatie"), gefundeerd op basale inzichten van leer- en ontwikkelingspsychologie.Naast de theoretische beschrijvingen staan er talloze methodische en praktische aanwijzingen voor succesvolle kunsteducatie. Globale inhoud:Kennis en inzicht in basale ontwikkelingsprocessen van kunsteducatie, i.c. muziek, beeldend vormen, toneel/drama/ taal, spel en motoriek van kinderen van de Basisschool;Een bezinning op kunst als een natuurlijk en vanzelfsprekend aspect van het menselijke leven;Zicht op de kunstenaar als professioneel vakman;Basale onderwijskundige principes t.b.v. de ondersteuning van kunsteducatie op de Basisschool;Zicht op cultuureducatie als context voor kunsteducatie;Algemeen methodische en didactische aanwijzingen t.b.v. de verschillende deelgebieden van kunsteducatie op de Basisschool;Per hoofdstuk vragen en opdrachten t.b.v. de verwerking van de leerstof en de ontwikkeling van een eigen visie op onderwijs, kunst en kunsteducatie; Voldoende kwalitatieve literatuur t.b.v. verdere verdieping.
In 1911 ging het Genootschap van Nederlandse Componisten voortvarend van start. Binnen enkele jaren werd Buma opgericht en was de bescherming van auteursrechten geregeld. Al snel zag een ondersteuningsfonds het licht en nog voor de oorlog werd de eerste... Lees verder >>
In 1911 ging het Genootschap van Nederlandse Componisten voortvarend van start. Binnen enkele jaren werd Buma opgericht en was de bescherming van auteursrechten geregeld. Al snel zag een ondersteuningsfonds het licht en nog voor de oorlog werd de eerste Manifestatie Nederlandse Toonkunst gehouden. De oorlog bracht de activiteiten tot stilstand en kostte een aantal leden het leven, onder wie de voorzitter en medeoprichter Jan van Gilse. Na de oorlog werden ter gelegenheid van het 50-jarig jubileum de Nederlandse Muziekdagen in het leven geroepen. In de roerige jaren zestig deed de actiegroep ‘De Notenkraker’ van zich spreken en werd het bevorderen van het maatschappelijk functioneren van muziek opgenomen in de statuten. Na jaren van voorbereiding kwam in 1982 het Fonds voor de Scheppende Toonkunst tot stand. In de jaren negentig leidde ditzelfde fonds tot een breuk in de gelederen. Bij het 100-jarig jubileum staat Konrad Boehmer stil bij de ijzeren wetten van de bureaucratie die de geschiedenis van het Genootschap zouden bepalen. Sander van Maas schetst de ontwikkeling van de muziek in Nederland aan de hand van compositorische vondsten aangedragen door veertien componisten. Tot slot schetst Floris Don aan de hand van vijf portretten het beroep van componist anno 2011.Met bijdragen van Hans van Dijk, Marius Flothuis†, Carine Alders, Konrad Boehmer, Sander van Maas en Floris Don.
De beste verzamelde liedteksten van Neerlands bodem
In de popmuziek was de keuze voor de Nederlandse taal zon 30 jaar geleden niet vanzelfsprekend. Maar omdat ik in mijn eerste muzikale schermutselingen bleef hangen in slecht uitgesproken Engelstalige... Lees verder >>
De beste verzamelde liedteksten van Neerlands bodem
In de popmuziek was de keuze voor de Nederlandse taal zon 30 jaar geleden niet vanzelfsprekend. Maar omdat ik in mijn eerste muzikale schermutselingen bleef hangen in slecht uitgesproken Engelstalige cliches, had ik misschien wel geen keus. In het Nederlands had ik meer greep op mijn eigen gevoel. Een grotere rijkdom in woorden die met de Gs en rollende Ren geluid maakten.In Blind op me oge staat een selectie van teksten uit een leven vol Nederlandstalige muziek, samengesteld door Vera Jong, mijn levenspartner en moeder van onze kinderen. Op alfabet en met een verwijzing naar de uitvoering/geluidsdrager. Middelpunt vormen de teksten gemaakt voor de Raggende Manne. Als ik het allemaal zo voor me zie en de teksten voor me uit prevel, ben ik blij met de keuze die ik destijds heb gemaakt. Nederlandstalig. Ik zweer het. Blind op me oge.BOB FOSKO
Wat is een toon, een noot,een interval?
Welke noten bevat een diatonische toonladder?
Hoe ontstaan dissonanten?Wat zijn boventonen?
Hoe herken je de tonaliteit van een compositie?
Om muziek te beschrijven geraken veel muziekliefhebbers niet verder... Lees verder >>
Wat is een toon, een noot,een interval?
Welke noten bevat een diatonische toonladder?
Hoe ontstaan dissonanten?Wat zijn boventonen?
Hoe herken je de tonaliteit van een compositie?
Om muziek te beschrijven geraken veel muziekliefhebbers niet verder dan hoog of laag, lang of kort, luid of stil, goed of slecht . Daar maakt dit boek komaf mee. Van noten en tonen is een heldere inleiding in de gangbare begrippen uit de muziekleer. Ontdek hoe het karakter van muziek bepaald wordt en lees meer over de historische achtergrond van muzieknotatie en terminologie. Gaandeweg krijg je meer inzicht in tonen, ritme, melodie, tempo en klankkleur.
De vele voorbeelden en verwijzingen naar bekende componisten en composities maken de termen en theorie duidelijk. Compleet met een handig lexicon van ca. 700 muzikale begrippen uit het klassieke repertoire, van het gregoriaans tot nu. Prof. Ignace Bossuyt is bijzonder emeritus hoogleraar musicologie aan de K.U.Leuven.
Wat we weten over het luisteren naar muziekHet meeklappen op de maat van muziek lijkt heel gewoon. Ook het herkennen van een liedje is voor de meesten van ons een fluitje van een cent. Maar hoe gewoon is dat eigenlijk? En wat heeft het met muzikaliteit... Lees verder >>
Leo Boudewijns bekleedde de afgelopen 50 jaar tal van commerciële en artistieke functies in de muziekwereld. Hij kent de branche van de 'ingeblikte muziek' als geen ander. Maar omdat hij zelf geen musicus is, voelt hij zich daar nog steeds te gast. De... Lees verder >>
Leo Boudewijns bekleedde de afgelopen 50 jaar tal van commerciële en artistieke functies in de muziekwereld. Hij kent de branche van de 'ingeblikte muziek' als geen ander. Maar omdat hij zelf geen musicus is, voelt hij zich daar nog steeds te gast. De platenindustrie is hem dierbaar, maar hij beziet haar graag met ironie en milde spot. Voor deze uitgave selecteerde hij zijn beste en geestigste verhalen over de wereld van de muziek, de platenbusiness en de radio. Onderhoudende belevenissen, ontmoetingen en ontdekkingen, die ook zonder bijzondere kennis van (klassieke) muziek zeer genietbaar zijn. Boudewijns ontpopt zich als een meeslepend verteller, die gretig wijst op onbekende muzikale kleinoden, zoals de liederen van Liza Lehmann en Eric Coates, of de musicals van Ivor Novello. Hij doet verslag van zijn klassieke hersenspoeling aan het Meer van Genève, een troosteloos bezoek aan Edisons spookfabriek, zijn eerste interview met Robert en Einzi Stolz. Aan bod komen de geschiedenis van de Londense Proms, de platenwinkel van weleer, en de muzikaalste villa van Baarn. Met grote genegenheid beschrijft hij zijn ervaringen met Aafje Heynis, Herman Prey, Elly Ameling, Aukelien van Hoytema, Caroline Kaart, Joan Sutherland, Slava Rostropovitsj, Claudio Arrau, Sir Neville Marriner en vele andere muzikale kopstukken.
JAZZ is een uniek educatief jazzlesboek + cd voor groepen kinderen in de leeftijd van vier tot twaalf jaar. Op de cd staan twaalf speciaal voor dit project geschreven jazzliedjes met allerlei meespeelversies. In het boek staan per lied diverse actieve... Lees verder >>
JAZZ is een uniek educatief jazzlesboek + cd voor groepen kinderen in de leeftijd van vier tot twaalf jaar. Op de cd staan twaalf speciaal voor dit project geschreven jazzliedjes met allerlei meespeelversies. In het boek staan per lied diverse actieve lesopdrachten, zodat er heel wat swingende uurtjes in de klas kunnen worden doorgebracht.
In de vorm van een commentaar op de exameneis met betrekking tot het vak "solfège" voor het diploma-muziekonderwijs wordt gesteld, heeft de schrijver een zeer originele methode ontworpen tot vorming en ontwikkeling van het muzikaal gehoor.... Lees verder >>
In de vorm van een commentaar op de exameneis met betrekking tot het vak "solfège" voor het diploma-muziekonderwijs wordt gesteld, heeft de schrijver een zeer originele methode ontworpen tot vorming en ontwikkeling van het muzikaal gehoor. De wettelijk geformuleerde examenopgave is in kleine stukjes verdeeld over de hoofdstukken van het boek bij wijze van titel en aan de hand hiervan gaat Willemze tot in de kleinste bijzonderheden na wat er bij dit vak door de leerlingen moet worden geleerd en geoefend. Met zijn grondige systematiek geeft de auteur telkens theoretische en praktische voorbeschouwingen om dan tot "de kern van de zaak" te komen. Mochten ingewijden zich verwonderen hoe men de vorming van muzikaal gehoor uit een boek zou kunnen opdoen, dan mag men hen verwijzen naar de "gesprekken met studenten", waarmee elk hoofdstuk besluit: deze zijn zo levendige weergegeven dat men het gevoel heeft echter in de les geweest te zijn. Natuurlijk zal niemand zijn gehoor alleen uit een boek kunnen vormen, zelfs niet uit dit boek, maar het is een voortreffelijke handleiding uit de muziekstudent zich een rijkdom van kennis en praktische vaardigheid kan eigenmaken.
"Stop maar, je maakt lawaai, geen muziek."
Dit boek richt zich op allen die op enige wijze betrokken zijn bij het instrumentale en vocale muziekonderwijs, in het bijzonder op muziekdocenten (in opleiding). Het voorziet in de dringende behoefte... Lees verder >>
"Stop maar, je maakt lawaai, geen muziek."
Dit boek richt zich op allen die op enige wijze betrokken zijn bij het instrumentale en vocale muziekonderwijs, in het bijzonder op muziekdocenten (in opleiding). Het voorziet in de dringende behoefte aan een algemene didactiek van het instrumentale en vocale muziekonderwijs. Deze behoefte is juist op dit moment zo schrijnend omdat zich sinds enige jaren ingrijpende ontwikkelingen voordoen binnen het muziekonderricht.
Leren musiceren wil in de vorm van een handboek een antwoord geven op deze vragen en moeilijkheden. Dit handboek heeft het karakter van een op de praktijk gerichte theorie: alle belangrijke aspecten van het muzikale onderwijsleerproces worden systematisch behandeld waarbij die behandeling steeds uitmondt in praktisch bruikbare adviezen.
In: NBD|Biblion, 25 mei 2007
"Dit studieboek over muziekdidactiek gaat in op de nieuwste ontwikkelingen in het muziekschoolonderwijs.
[...]
Het boek geeft theoretische vorming (met samenvatting van de behandelde stof) en vele nuttige aanwijzingen en tips aan muziekdocenten. Het boek is geschreven door auteurs die zelf uit het muziekonderwijs afkomstig zijn. Bestemd voor muziekdocenten (in opleiding). Aanschaf geschikt voor grotere muziekcollecties."
(Wout Strootman)
Pia Beck, Martin Beekmans (en de grote Nederlandse dansorkesten), Eddy Christiani, Sanny Day (en de Millers), Theo Ehrlicher (en de Kilima Hawaiians), Leo Fuld, Harry de Groot, Johnny Holshuysen, Hans Ninaber, Opera Pietje (en het Jordaanlied), Frans... Lees verder >>
Pia Beck, Martin Beekmans (en de grote Nederlandse dansorkesten), Eddy Christiani, Sanny Day (en de Millers), Theo Ehrlicher (en de Kilima Hawaiians), Leo Fuld, Harry de Groot, Johnny Holshuysen, Hans Ninaber, Opera Pietje (en het Jordaanlied), Frans Poptie, Toby Rix, Gregor Serban, Marcel Thielemans (en de Ramblers), Skip Voogd, Frans Wanders (en het Orkest Malando).
In veertien gesprekken met muzikanten die in de jaren dertig het podium van de lichte muziek betraden, tijdens de oorlog onder wisselende omstandigheden doorspeelden en na de oorlog hun carrière voortzetten en uitbouwden, heeft Cor Gout geprobeerd de pionierstijd van de jazz en de amusements-muziek in beeld te krijgen. Voor aanvulling op dat (zwart-wit-) beeld zorgden de uitspraken van Opera Pietje en Skip Voogd, kenners van respectievelijk de Jordaanmuziek en de swingmuziek in Nederland. Laatstgenoemde heeft de auteur ook van advies gediend bij het uitwerken van de interviews. In de gesprekken met de muzikanten lag de nadruk vooral op het leven met het instrument: hoe hadden de zangers en instrumentalisten hun bijzondere talent ontwikkeld en welke kwaliteiten en eigenschappen hadden ertoe bijgedragen dat ze uiteindelijk de top van de Nederlandse populaire muziek bereikten? Maar ook de meer persoonlijke ervaringen en gezichtspunten kwamen ter sprake. We zien de periode vanaf de jaren dertig tot nu door de ogen van zestien personen, die de hartslag van de tijd hebben gevoeld en in hun hoogtijdagen zelfs hebben aangegeven.
Het boek bevat een keur aan zwart-wit-foto’s, de meeste afkomstig uit de collecties van de muzikanten zelf
Het oogmerk van deze beknopte uitleg over stemmingen is het toegankelijk maken van zowel de stemtheorie als de stempraktijk voor iedereen die een klavecimbel of klavechord bezit en bespeelt. Een hardnekkig misverstand wil dat het stemmen van deze... Lees verder >>
Het oogmerk van deze beknopte uitleg over stemmingen is het toegankelijk maken van zowel de stemtheorie als de stempraktijk voor iedereen die een klavecimbel of klavechord bezit en bespeelt. Een hardnekkig misverstand wil dat het stemmen van deze instrumenten moeilijk zou zijn en meer kunst dan kunde zou vergen; in feite kan echter iedere musicus, ook de amateur, met enige oefening zijn toetsinstrument op het gehoor stemmen, waarbij er een ruime keuze is aan toepasselijke temperaturen. In het boek komen achtereenvolgens aan de orde: problematiek en constructie van historische stemmingen, eenvoudig op het gehoor uitvoerbare procedures voor een twintigtal bekende en minder bekende temperaturen, argumenten voor de keuze hierbij, ook op grond van repertoire, en als achtergrondinformatie o.a. het stemmen en variëren met de 'tuner'(stemcomputer). De bespreking van de theoriegeschiedenis is uitgewerkt tot een pleidooi voor een gedifferentieerde (muziek)cultuur.
In de zeventiende eeuw ging vrijwel iedere toneelvoorstelling gepaard met muziek. Er werd niet alleen gemusiceerd tussen de bedrijven, maar ook in het toneelstuk zelf. Muziek diende als achtergrond en versiering en was functioneel geïntegreerd in de... Lees verder >>
In de zeventiende eeuw ging vrijwel iedere toneelvoorstelling gepaard met muziek. Er werd niet alleen gemusiceerd tussen de bedrijven, maar ook in het toneelstuk zelf. Muziek diende als achtergrond en versiering en was functioneel geïntegreerd in de handeling van het drama. Uit de rekeningen van de Amsterdamse Schouwburg blijkt dat men professionele musici in dienst had; daarnaast werd er gezongen en gedanst door de acteurs.In navolging van buitenlandse toneelmuziekstudies wordt in dit boek voor het eerst uitvoerig aandacht besteed aan de zeventiende-eeuwse theatermuziek in de Nederlanden. Centraal staat de toneeldichter Jan Harmensz Krul, die de muziek op vakkundige manier in zijn toneelstukken verweefde en die in 1634 de Amsterdamse Musyck-kamer oprichtte – een stichting die geheel gewijd was aan het samengaan van poëzie en muziek op hettoneel. Aan de hand van vijf karakteristieke muzikale scènes uit zijn werk (de wachterscène, gevangenisscène, serenade, offerscène en slaapscène) wordt een beeld geschetst van de toenmalige Amsterdamse toneelmuziekpraktijk.Zulke muzikale scènes waren ook geliefd bij andere toneeldichters, in binnen- en buitenland. Zij hadden voor het publiek een signaalfunctie: het waren direct herkenbare situaties, ijkpunten in het drama, die standaard met muziek werden geassocieerd. Dichters varieerden hierop naar hartelust. Voor toneelschrijver en toeschouwer waren die stereotiepemuzikale scènes wat muziek was voor de personages in de toneelstukken: een effectief middel om te manipuleren – een perfecte verleiding, van oog, oor en hart.
Jubileumboek ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van het Schönberg Kwartet, dat regelmatig een frisse 'lucht van een andere planeet' door de concertzaal laat waaien. De uitvoerige documentatie in dit boek geeft een indruk van de vele activiteiten... Lees verder >>
Jubileumboek ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van het Schönberg Kwartet, dat regelmatig een frisse 'lucht van een andere planeet' door de concertzaal laat waaien. De uitvoerige documentatie in dit boek geeft een indruk van de vele activiteiten van het kwartet.
Uitgave in samenwerking met het Schönberg Kwartet
Dit boek kan worden beschouwd als het vervolg op Eenvoudige muziekleer en is geschreven voor aanstaande musici en amateurs die op professionele wijze actief willen zijn in de muziek. Door zijn grote ervaring als muziekpedagoog weet Hennie Schouten als... Lees verder >>
Dit boek kan worden beschouwd als het vervolg op Eenvoudige muziekleer en is geschreven voor aanstaande musici en amateurs die op professionele wijze actief willen zijn in de muziek. Door zijn grote ervaring als muziekpedagoog weet Hennie Schouten als geen ander waar voor de meeste studenten de moeilijkheden tijdens het muziekonderricht liggen. Als auteur van vele muziekhandboeken is hij erin geslaagd een compleet en duidelijk leerboek te schrijven, waarmee studenten zich de theorie met succes kunnen eigen maken. Dit boek beperkt zich niet tot informatie over klassieke muziek; ook de techniek van de moderne muziek komt aan de orde. Tevens gaat de auteur uitvoerig in op de bijzonderheden en technieken van de verschillende instrumenten.
De kunst van Johann Sebastian Bach behoort tot het hoogste dat ooit door mensen is voortgebracht, dat weet iedereen. Zij is het werk van een geest die – met de uitdrukking van Leibniz – de poging waagt het universum door zijn... Lees verder >>
De kunst van Johann Sebastian Bach behoort tot het hoogste dat ooit door mensen is voortgebracht, dat weet iedereen. Zij is het werk van een geest die – met de uitdrukking van Leibniz – de poging waagt het universum door zijn architectonische proeven te benaderen. Goethe vergelijkt de muziek van Bach met een monoloog der eeuwige harmonie, met de gedachten Gods vóór de aanvang der schepping.Cherbuliez heeft in dit boek gepoogd de lezer iets van deze verhevenheid naderbij te brengen. Hij doet dit op de grondslag van een biografie, doch niet zo dat hij vooral bijzonderheden geeft uit het leven van de grote meester. Dit was naar het uiterlijke weinig bewogen; het speelde zich hoofdzakelijk af in een drietal Duitse steden in eenzelfde omgeving en heeft op de meeste tijdgenoten wel geen andere indruk gemaakt dan dat van een onopvallende organist en muziekmeester, die in 1730 nog een bescheiden poging deed om een beter bezoldigde betrekking te krijgen dan zijn Leipziger cantoraat, waarin hij toch nog 17 jaar zou volharden... Doch binnen dit kleinburgerlijk bestaan ontplooide zich een machtige geest die een reeks onsterfelijke werken wist voort te brengen. Cherbuliez heeft hiervan de muzikale biografie willen schetsen. Hij heeft zich niet begeven in de technische bijzonderheden van harmonie en contrapunt; hij heeft willen schrijven voor degenen die de muziek beluisteren, de duidenden die jaarlijks ter Matthäus-Passion gaan, die de toegewijde hoorders zijn van de orgelmuziek, de Brandenburgse Concerten en andere werken. Voor dezen tracht de schrijver in een beknopte, heldere schets het levenswerk van de grote 18-eeuwse meester te karakteriseren en dichterbij te brengen.
Koormuziekwinkel
Koormuziekwinkel .De website voor de koorzanger en liefhebber van koormuziek. Bladmuziek-Boeken-Cd's-Dvd's Nu ook Koorreizen